Ministerie: Bijtellingstelsel is wel eerlijk

Fleetmotive vroeg het ministerie van Financiën schriftelijk om een reactie op het onderzoek.

Uit dit onderzoek blijkt dat de hoogte van de bijtelling niet in lijn is met de waarde van het privé-genot van een auto van de zaak. Wat vindt het Ministerie van deze bevindingen?  
“Er zijn in de loop der tijd verschillende onderzoeken gedaan naar de bijtelling privégebruik afgezet tegen de exploitatiekosten. Daarover zijn diverse rapporten verschenen, met wisselende uitkomsten. Volgens sommige rapporten is het Nederlandse bijtellingspercentage te laag (zie recent gepubliceerd onderzoek van Jos van Ommeren, red), volgens andere te hoog.”

In het onderzoek wordt gepleit voor betalen naar gebruik. Staatssecretaris Weekers onderzoekt de mogelijkheid van een gestaffelde bijtelling. Zou deze meer in lijn zijn met de waarde van het privégebruik en daarmee lager komen te liggen? 
“Ook een gestaffelde bijtelling zal gebaseerd zijn op een percentage van de catalogusprijs. Alleen, afhankelijk van het aantal gereden privékilometers, kan dit percentage hoger of lager zijn. Een eventuele omzetting naar een gestaffelde bijtelling moet wel budgettair neutraal.
Overigens wordt bij de huidige bijtelling in de vorm van een percentage van de catalogusprijs rekening gehouden met de werkelijke waarde; het privévoordeel van een grotere, duurdere auto is nu eenmaal groter dan van een kleinere en goedkopere auto.”

Tot slot wordt in het onderzoek de eigen bijdrage aangekaart. Deze bijdrage wordt niet in mindering gebracht op de te betalen inkomstenbelasting fiscale bijtelling, maar op het bruto bedrag aan fiscale inkomsten. Dit zorgt ervoor dat de netto kosten voor de werknemer hoger liggen. Verschillende partijen pleiten ervoor om de eigen bijdrage in mindering te brengen op de te betalen belasting. Is dat voor het Ministerie een optie?
“Dat de door de werknemer aan de overheid verschuldigde belasting niet afneemt met de eigen bijdrage als gevolg van een afspraak tussen werkgever en werknemer, is het automatische gevolg van het belastingstelsel waarbij de voordelen die een werknemer ontvangt, worden belast tegen het van toepassing zijnde belastingtarief. Dat houdt dus in dat wordt gekeken naar de hoogte van dat voordeel.

Stel dat het voordeel forfaitair is bepaald op €2.500 (bijvoorbeeld 25% over € 10.000), dan is belasting verschuldigd over die € 2.500. Als dat voordeel afneemt als gevolg van een eigen bijdrage van (stel) €500, dan neemt daarmee dus ook de bijtelling af tot (in dit geval) € 2.500.

De belasting houdt dus gelijke tred met het werkelijke, maar forfaitair bepaald, voordeel. Het zou niet juist zijn om de eigen bijdrage in mindering te brengen op de te betalen belasting. De te betalen belasting moet worden geheven over het verkregen voordeel en dat is de forfaitair bepaalde bijtelling verminderd met de eigen bijdrage.

Omgekeerd is het zo dat als het voordeel uit de dienstbetrekking toeneemt, bijvoorbeeld door een bonus van de werkgever aan de werknemer omdat hij heel zuinig of schadevrij heeft gereden, dan wordt de verschuldigde belasting vermeerderd met dat bedrag maal het tarief. Het stelsel is dus volledig in evenwicht.

Samenvattend levert een eigen bijdrage dus een verrijking op van de werkgever en per saldo een (kleinere) verarming voor de werknemer.”