Soms toch geen bijtelling bij privégebruik

Redactie Redactie
• Laatste update:

Volgens Jan Rolleman, eigenaar van AMD Automotive Fiscalisten, zal een dergelijke zaak niet snel nog een keer voorkomen. De zaak gaat niet zozeer om het wel of niet betalen van bijtelling, zegt hij. “Het gaat erom wie er verantwoordelijk is voor de fiscale afdracht.”

Aardappelschilbedrijf
Het zit zo: Een aardappelschilbedrijf kreeg een naheffingsaanslag loonbelasting opgelegd vanwege privégebruik van een auto door een werknemer. Die werknemer was aandeelhouder in een grootmoedervennootschap van dat aardappelschilbedrijf. In 2005 verkocht de moedervennootschap de aandelen van het aardappelschilbedrijf aan een onafhankelijke derde. De aandeelhouder bleef wel in dienst.

Twee jaar later, in 2007 schafte de (voormalige) grootmoedervennootschap een Lexus aan, die zij op grond van privéoverwegingen ter beschikking stelde aan haar aandeelhouder. In 2008 kreeg de voormalige moedervennootschap weer alle aandelen in het aardappelschilbedrijf in handen. Volgens de fiscus had vanaf dat moment een bijtelling moeten plaatsvinden. Rechtbank Noord-Nederland stelde de fiscus in het gelijk. Maar Hof Arnhem-Leeuwarden was het met het aardappelschilbedrijf eens en dat oordeel is nu bij Hoge Raad in stand gebleven.

Niet werkgerelateerd
Volgens het Hof is er, als een werknemer in verband met zijn dienstbetrekking een voordeel geniet van een ander dan de werkgever, alleen sprake van loon als het voordeel wordt verstrekt in opdracht en voor rekening van die werkgever, of – als dit binnen concern gebeurt – met medeweten van de werkgever. Volgens het hof was het voordeel hier niet werkgerelateerd. Bovendien was het aardappelschilbedrijf niet op de hoogte van de auto.

Rolleman vult aan: “Dit neemt overigens niet weg dat er voor deze auto in zijn eigen holding wel sprake kan zijn van een belaste bijtelling voor privégebruik. Over díe vraag ging deze zaak echter niet.”