Autofabrikant BMW Group zet vaart achter elektrificatie. Het concern wil aan het eind van 2025 uitkomen op een jaarlijkse verkoop van 2 miljoen EV’s, en in 2030 is de verkoop van volledig elektrische auto’s goed zijn voor ten minste 50 procent van de totale verkopen. Dat maakt BMW vandaag bekend bij de presentatie van de jaarcijfers.

Mini moet rond 2030 een volledig elektrisch merk zijn en in de andere segmenten moet 90 procent van het aanbod uit EV’s bestaan.

Om dit te realiseren investeert de autofabrikant ongeveer 400 miljoen euro in het aanpassen van zijn productielijnen. Zo verplaatst het de productie van verbrandingsmotoren naar Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk. Daarnaast wenst de groep in 2026 te starten met de bouw van nieuwe autoassemblagefaciliteiten, specifiek gericht op elektrische aandrijflijnen. BMW is niet enige fabrikant die fors inzet op de elektrificatie, zo investeren Volvo, Daimler en de Volkswagen Groep miljarden in de ontwikkeling van elektrische auto’s. En autofabrikant Ford bouwt een fabriek in Keulen om voor de productie van elektrische auto’s.

Transformatie

Oliver Zipse, ceo van BMW, is positief gestemd over het aankomend jaar. “We hebben een duidelijk plan voor ogen voor onze transformatie, dat bestaat uit de bestandsdelen elektrisch, digitaal en circulair.” Eerder maakte het bedrijf bekend dat het aantal verkochte EV’s in 2023 20 procent moet bedragen van het totale aantal verkopen. En vanaf 2025 wenst de groep alleen nog maar auto’s te bouwen van gerecycled materiaal. Het bedrijf verwacht dat de divisie automotive een solide stijging van de leveringen gaat noteren. Hierbij verwacht BMW dat de EBIT-marge verbetert naar 6 tot 8 procent voor het volledige jaar 2021.

In 2020 verkocht de groep wereldwijd 2,33 miljoen auto’s, een daling van 8,4 procent ten opzichte van 2019. De omzet daalde met 5 procent naar 98,9 miljard euro. Het bedrijfsresultaat van de Duitse autofabrikant kwam uit op 3,9 miljard euro, 23,2 procent minder dan het jaar daarvoor. Het bedrijf zag zijn winst voor belastingen met 26,6 procent dalen naar 5,2 miljard euro. Vanwege de coronacrisis verlaagde het bedrijf tussentijds zijn winstverwachting.

Het herstel van de groep werd gerealiseerd in de laatste 6 maanden van het jaar, toen een groei van 9,8 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2019 werd gerealiseerd in de winst voor belastingen naar 4,7 miljard euro.

Mini moet rond 2030 een volledig elektrisch merk zijn en in de andere segmenten moet 90 procent van het aanbod uit EV’s bestaan.

Om dit te realiseren investeert de autofabrikant ongeveer 400 miljoen euro in het aanpassen van zijn productielijnen. Zo verplaatst het de productie van verbrandingsmotoren naar Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk. Daarnaast wenst de groep in 2026 te starten met de bouw van nieuwe autoassemblagefaciliteiten, specifiek gericht op elektrische aandrijflijnen. BMW is niet enige fabrikant die fors inzet op de elektrificatie, zo investeren Volvo, Daimler en de Volkswagen Groep miljarden in de ontwikkeling van elektrische auto’s. En autofabrikant Ford bouwt een fabriek in Keulen om voor de productie van elektrische auto’s.

Transformatie

Oliver Zipse, ceo van BMW, is positief gestemd over het aankomend jaar. “We hebben een duidelijk plan voor ogen voor onze transformatie, dat bestaat uit de bestandsdelen elektrisch, digitaal en circulair.” Eerder maakte het bedrijf bekend dat het aantal verkochte EV’s in 2023 20 procent moet bedragen van het totale aantal verkopen. En vanaf 2025 wenst de groep alleen nog maar auto’s te bouwen van gerecycled materiaal. Het bedrijf verwacht dat de divisie automotive een solide stijging van de leveringen gaat noteren. Hierbij verwacht BMW dat de EBIT-marge verbetert naar 6 tot 8 procent voor het volledige jaar 2021.

In 2020 verkocht de groep wereldwijd 2,33 miljoen auto’s, een daling van 8,4 procent ten opzichte van 2019. De omzet daalde met 5 procent naar 98,9 miljard euro. Het bedrijfsresultaat van de Duitse autofabrikant kwam uit op 3,9 miljard euro, 23,2 procent minder dan het jaar daarvoor. Het bedrijf zag zijn winst voor belastingen met 26,6 procent dalen naar 5,2 miljard euro. Vanwege de coronacrisis verlaagde het bedrijf tussentijds zijn winstverwachting.

Het herstel van de groep werd gerealiseerd in de laatste 6 maanden van het jaar, toen een groei van 9,8 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2019 werd gerealiseerd in de winst voor belastingen naar 4,7 miljard euro.