Mobility Mixx, onderdeel van leasemaatschappij Leaseplan, verstrekte in de eerste twaalf jaar van zijn bestaan 40 duizend kaarten. Sinds november 2013 is dat aantal echter meer dan verdubbeld tot 100 duizend kaarten nu. Dankzij een overeenkomst met de Rijksoverheid. “We hebben vorig jaar in de maand november evenveel passen uitgegeven als in de twaalf jaar daarvoor”, lacht Paul Wessels, directeur van Mobility Mixx. We zitten in een vergaderruimte in het Almeerse World Trade Center, dat uitkijkt op het centraal station van de stad.

Ga je zelf wel eens met de trein?
“Jazeker, ik kies dat heel bewust uit. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik wel voornamelijk met de auto reis, omdat dat in mijn geval vaak de snelste manier is om van A naar B te komen.”

Het is toch wel opvallend dat de Rijksoverheid, de aandeelhouder van de Nederlandse Spoorwegen, kiest voor een partij die de vervoerskilometers uiteindelijk wel gewoon bij de NS moet inkopen.
“Voor een dergelijke opdracht is de overheid verplicht een aanbesteding te doen. Daarbij was de belangrijkste doelstelling voor de Rijksoverheid het volledig ontzorgen van de ministeries door de medewerkers zelfredzaam te maken. Het klopt dat wij de treinkilometers inkopen bij de NS, maar daar zit ook niet de meerwaarde. Die zit in de administratie aan de achterkant: zorgen dat er wordt betaald naar gebruik.”

Wat houdt dat in dit geval in dan, betalen naar gebruik?
“Dat betekent onder meer dat er in eerste instantie geen OV-abonnementen zijn verstrekt, maar dat elke rit apart wordt afgerekend. Veel bedrijven denken dat een abonnement voordeliger is, maar dat is lang niet altijd het geval. Dat heeft onder meer te maken met het aantal keren dat iemand van zijn woonplaats naar zijn werk gaat. Steeds meer mensen werken parttime, op een andere locatie of thuis. De eerste maanden doen we een grondige data-analyse, zodat we kunnen bekijken of het voor sommige mensen beter is om wel een abonnement, bijvoorbeeld op een bepaald traject, aan te gaan. Ook dan doen wij de afhandeling; wij zijn de intermediair tussen de overheid en de vervoersaanbieders.”

Naast het gebruik van het OV kan de mobiliteitskaart ook worden gebruikt voor de OV-fiets, de P+R-parkeerplaatsen, taxi, deelauto en huurauto. Per medewerker is vooraf ingesteld van welke vervoersmiddelen hij gebruik mag maken. Alle medewerkers van alle ministeries kunnen zelf een mobiliteitskaart aanvragen. Het gaat in totaal om 120 duizend personen die de kaart voor zowel hun woon-werkverkeer als dienstreizen kunnen gebruiken. Ook de leaserijders mogen een mobiliteitskaart aanvragen.

Medewerkers van de overheid kunnen de kaart voor praktisch alle vervoermiddelen gebruiken, maar brandstof is er nog niet mee af te rekenen. Dat is toch een gemiste kans?
“Ergens wel ja, maar het was geen onderdeel van de aanbesteding. Onze kaart biedt technisch gesproken de mogelijkheid om ook te kunnen tanken. In de praktijk zie je echter meestal dat het gebruik van tank- en mobiliteitskaarten op verschillende plaatsen binnen een onderneming zijn belegd. Alhoewel we hier wel wat beweging zien, zijn het op dit moment nog steeds gescheiden werelden.”

Wat is voor jullie de grootste uitdaging van deze implementatie?
“Zorgen dat het systeem deze grote opdracht aan kan. Het verstrekken van de kaarten is één ding, maar het gaat uiteindelijk om de uitvoering. Daar vallen ook de analyses onder die we maken op basis van het reisgedrag van medewerkers. Door continu te monitoren houden we bij of de gekozen oplossing per medewerker nog wel de ideale is. We doen ook de afhandeling van vragen en klachten door kaarthouders. Daar zit voor de overheid natuurlijk een administratieve kostenbesparing. Maar de belangrijkste besparing zit hem in het aanbieden van een mobiliteitsoplossing op maat – dus niet meer zomaar een abonnement verstrekken.”

Niet in spanning gezeten?
“Het was wel een race tegen de klok. Het automatische systeem moest feilloos werken. Als het bij de aanvragen al misgaat, ben je verloren. We hebben extra capaciteit ingezet om tijdens die pieken de vragen te kunnen afhandelen. Maar we hebben zelf niet heel veel extra mensen op de loonlijst geplaatst. Het systeem moet uiteindelijk het werk doen.”

Het grootste knelpunt voor Mobility Mixx zat nog voor het begin van het aanbestedingstraject: namelijk zorgen voor aansluiting op het OV-chipkaartsysteem. Hoe was daarbij de medewerking van de NS? Heeft de OV-wereld daarbij goed meegewerkt?
“De NS had de koppeling met de eigen businesscard al wel goed geregeld, terwijl het voor derde partijen nog onmogelijk was om aansluiting op het OV-chipkaartsysteem te krijgen. Gelukkig is het na enig duw- en trekwerk en escalaties uiteindelijk toch gelukt om net op tijd deze aansluiting te realiseren. Anders hadden we niet op de tender door de Rijksoverheid kunnen inschrijven of had deze uitgesteld moeten worden. Toen eind januari 2013 de aansluiting op het systeem was gerealiseerd, konden we meedoen aan de tender. Die startte een maand later, dus dat was een nogal hectische periode.”

Mobility Mixx heeft inmiddels inzicht in 20 miljoen OV-reiskilometers per maand. Wat kunnen jullie met die data?
“Die data leiden tot nieuwe inzichten voor de werkgever. Zo kun je een CO2-footprint maken per medewerker, maar je krijgt als werkgever ook inzage in alle reisbewegingen van de medewerkers. Die transparantie is er nooit geweest. Nu de OV-chipkaart het enige geaccepteerde vervoersbewijs is, kun je de gegevens van alle aanbieders eenvoudig koppelen en kun je veel betere analyses maken.”

Foto: Carel Richel. 

Mobility Mixx, onderdeel van leasemaatschappij Leaseplan, verstrekte in de eerste twaalf jaar van zijn bestaan 40 duizend kaarten. Sinds november 2013 is dat aantal echter meer dan verdubbeld tot 100 duizend kaarten nu. Dankzij een overeenkomst met de Rijksoverheid. “We hebben vorig jaar in de maand november evenveel passen uitgegeven als in de twaalf jaar daarvoor”, lacht Paul Wessels, directeur van Mobility Mixx. We zitten in een vergaderruimte in het Almeerse World Trade Center, dat uitkijkt op het centraal station van de stad.

Ga je zelf wel eens met de trein?
“Jazeker, ik kies dat heel bewust uit. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik wel voornamelijk met de auto reis, omdat dat in mijn geval vaak de snelste manier is om van A naar B te komen.”

Het is toch wel opvallend dat de Rijksoverheid, de aandeelhouder van de Nederlandse Spoorwegen, kiest voor een partij die de vervoerskilometers uiteindelijk wel gewoon bij de NS moet inkopen.
“Voor een dergelijke opdracht is de overheid verplicht een aanbesteding te doen. Daarbij was de belangrijkste doelstelling voor de Rijksoverheid het volledig ontzorgen van de ministeries door de medewerkers zelfredzaam te maken. Het klopt dat wij de treinkilometers inkopen bij de NS, maar daar zit ook niet de meerwaarde. Die zit in de administratie aan de achterkant: zorgen dat er wordt betaald naar gebruik.”

Wat houdt dat in dit geval in dan, betalen naar gebruik?
“Dat betekent onder meer dat er in eerste instantie geen OV-abonnementen zijn verstrekt, maar dat elke rit apart wordt afgerekend. Veel bedrijven denken dat een abonnement voordeliger is, maar dat is lang niet altijd het geval. Dat heeft onder meer te maken met het aantal keren dat iemand van zijn woonplaats naar zijn werk gaat. Steeds meer mensen werken parttime, op een andere locatie of thuis. De eerste maanden doen we een grondige data-analyse, zodat we kunnen bekijken of het voor sommige mensen beter is om wel een abonnement, bijvoorbeeld op een bepaald traject, aan te gaan. Ook dan doen wij de afhandeling; wij zijn de intermediair tussen de overheid en de vervoersaanbieders.”

Naast het gebruik van het OV kan de mobiliteitskaart ook worden gebruikt voor de OV-fiets, de P+R-parkeerplaatsen, taxi, deelauto en huurauto. Per medewerker is vooraf ingesteld van welke vervoersmiddelen hij gebruik mag maken. Alle medewerkers van alle ministeries kunnen zelf een mobiliteitskaart aanvragen. Het gaat in totaal om 120 duizend personen die de kaart voor zowel hun woon-werkverkeer als dienstreizen kunnen gebruiken. Ook de leaserijders mogen een mobiliteitskaart aanvragen.

Medewerkers van de overheid kunnen de kaart voor praktisch alle vervoermiddelen gebruiken, maar brandstof is er nog niet mee af te rekenen. Dat is toch een gemiste kans?
“Ergens wel ja, maar het was geen onderdeel van de aanbesteding. Onze kaart biedt technisch gesproken de mogelijkheid om ook te kunnen tanken. In de praktijk zie je echter meestal dat het gebruik van tank- en mobiliteitskaarten op verschillende plaatsen binnen een onderneming zijn belegd. Alhoewel we hier wel wat beweging zien, zijn het op dit moment nog steeds gescheiden werelden.”

Wat is voor jullie de grootste uitdaging van deze implementatie?
“Zorgen dat het systeem deze grote opdracht aan kan. Het verstrekken van de kaarten is één ding, maar het gaat uiteindelijk om de uitvoering. Daar vallen ook de analyses onder die we maken op basis van het reisgedrag van medewerkers. Door continu te monitoren houden we bij of de gekozen oplossing per medewerker nog wel de ideale is. We doen ook de afhandeling van vragen en klachten door kaarthouders. Daar zit voor de overheid natuurlijk een administratieve kostenbesparing. Maar de belangrijkste besparing zit hem in het aanbieden van een mobiliteitsoplossing op maat – dus niet meer zomaar een abonnement verstrekken.”

Niet in spanning gezeten?
“Het was wel een race tegen de klok. Het automatische systeem moest feilloos werken. Als het bij de aanvragen al misgaat, ben je verloren. We hebben extra capaciteit ingezet om tijdens die pieken de vragen te kunnen afhandelen. Maar we hebben zelf niet heel veel extra mensen op de loonlijst geplaatst. Het systeem moet uiteindelijk het werk doen.”

Het grootste knelpunt voor Mobility Mixx zat nog voor het begin van het aanbestedingstraject: namelijk zorgen voor aansluiting op het OV-chipkaartsysteem. Hoe was daarbij de medewerking van de NS? Heeft de OV-wereld daarbij goed meegewerkt?
“De NS had de koppeling met de eigen businesscard al wel goed geregeld, terwijl het voor derde partijen nog onmogelijk was om aansluiting op het OV-chipkaartsysteem te krijgen. Gelukkig is het na enig duw- en trekwerk en escalaties uiteindelijk toch gelukt om net op tijd deze aansluiting te realiseren. Anders hadden we niet op de tender door de Rijksoverheid kunnen inschrijven of had deze uitgesteld moeten worden. Toen eind januari 2013 de aansluiting op het systeem was gerealiseerd, konden we meedoen aan de tender. Die startte een maand later, dus dat was een nogal hectische periode.”

Mobility Mixx heeft inmiddels inzicht in 20 miljoen OV-reiskilometers per maand. Wat kunnen jullie met die data?
“Die data leiden tot nieuwe inzichten voor de werkgever. Zo kun je een CO2-footprint maken per medewerker, maar je krijgt als werkgever ook inzage in alle reisbewegingen van de medewerkers. Die transparantie is er nooit geweest. Nu de OV-chipkaart het enige geaccepteerde vervoersbewijs is, kun je de gegevens van alle aanbieders eenvoudig koppelen en kun je veel betere analyses maken.”

Foto: Carel Richel.